![]() |
|
CA | ![]() |
onderdeel is van Cellulose Acetate, ook bekend als 'zacht' plastic * |
ABS | ![]() |
onderdeel is van Acrylonitril Butadieen Styreen, ook bekend als 'hard' plastic |
* Lego gemaakt van CA vervormde erg snel, vandaar dat er in 1963 gekozen is voor ABS.
Onderdelen hebben één van onderstaande knop-logo's:
* Gezien bij deuren 1x2x3 (#31bc01 en #32bc01) en ramen met extended lip 1x2x2 (#7026bc01) en 1x4x2 (#453bc01).
** Gezien bij deuren 1x2x3 (#31bc01 en #32bc01) en alle maten ramen met extended lip.
Onderdelen hebben één van onderstaande karakteristieken:
Onderdelen hebben één van onderstaande productie's:
Met deze uiterlijke kenmerken kunnen onderdelen (bij benadering) gedateerd kunnen worden. Op basis van deze datering kunnen sets uit een bepaald jaar, met de dan gedateerde onderdelen, opnieuw opgebouwd worden. Dementi: aan de hier weergegeven datering kunnen geen rechten worden ontleend.
* Tot 1974 hebben alle stenen en platen een moulding pip aan de zijkant.
Na 1974 ontstaat er een mix van vier soorten: pat pend (voorraad) (tot ?), pat pend obscured (tot 1979), moulding pip side (tot ?) en moulding pip stud (tot nu).
Met deze tabel komt duidelijk naar voren dat b.v. set 341 Warehouse, uit 1968, oorspronkelijk het meest waarschijnlijk bestond uit pat pend ABS-stenen met het nieuwe LEGO logo.
Het is goed mogelijk dat een concrete specifieke doos van een set uit bijvoorbeeld 1964 grotendeels uit ABS-stenen bestond en toch ook nog enkele CA-stenen bevatte.
In het begin vervormde CA namelijk nog niet en men wilde voorraad niet zomaar weggooien, tenslotte was plastic in die tijd erg duur.
Vanaf 1985 (ongeveer) worden de nummers van onderdelen onderop de onderdelen zelf afgedrukt.
Een steen 2 x 4 heeft nummer 3001.
Heb je een steen 2 x 4 waar onderop 3001 is geprint, dan is deze van 1985 of nieuwer.
Dit geldt voor alle onderdelen, uitzonderingen daargelaten.
Vòòr 1985 ligt het niet zo eenvoudig.
Onderop veel onderdelen staan wel nummers, maar dit zijn niet de nummers van de onderdelen.
Vaak zijn het volgnummers van de mallen in de gietmachines.
Met dit volgnummer kan na de productie gekeken worden welke mallen goed zijn en welke niet.
Deze nummers worden dus gebruikt voor kwaliteitscontrole.
De nummers zeggen niets over de leeftijd van het betreffende onderdeel, behalve dan dat het onderdeel van voor 1985 is!
Met behulp van originele sets, catalogi, boeken en herinneringen kan ingeschat worden in welk jaar een bepaald onderdeel op de markt kwam. Sommige instructies (zoals van de 124 en 125) toonden echter treinwielen die nooit in productie genomen zijn. Wanneer een bepaald onderdeel niet meer voorkwam is ook niet zomaar te zeggen. Al was het maar omdat voorraad vrijwel altijd door TLC werd opgebruikt. De datering moet dus gezien worden als een benadering, een best guess.